donderdag 27 september 2012

Zoon op school

Het opvoeden is nu echt begonnen, mijn schoolgaande zoon leert er per week vanalles bij. Dat is natuurlijk ook het principe van school, dat snap ik heus wel. Het enige jammere is dat mijn zoon niet alleen alles onthoudt wat de juf vertelt, maar ook alle informatie die hij van zijn klasgenootjes oppikt en die tot in detail onthoudt.
 Zo zit er vorige week een jongetje (onze zoon) op het autokleed in de kamer in de lotushouding. Ik ga even mediteren is zijn mededeling. Vanachter de computer bedenk ik me, dat ik dus nu moet ingrijpen, omdat mediteren in de lotushouding nu niet bepaald iets is dat bij ons past. "Wat ga je doen?" is mijn onnozele vraag op zijn mededeling. "Mediteren", zegt het ventje zonder blikken of blozen en zonder enige taalfout. ( Het is namelijk ook nog een moeilijk woord). "Heb je dat van juf Wil geleerd?" Zijn antwoord is ontkennend, nee van juf Wil mocht het niet. Deze nieuwe vaardigheid heeft hij van een vriendje dat vanwege de privacy naamloos zal blijven.
Dus daar ga ik dan, opvoedmoment 1: "Wij doen dat toch nooit, mediteren, wij bidden toch altijd naar de Here Jezus en God?" "Dan vouwen we onze handjes en vertellen we toch aan de Here Jezus wat we allemaal gedaan hebben vandaag?" Ik probeer mijn zoon weer even te herinneren aan onze christelijke grondbeginselen.
Gelukkig heeft mijn man, met een beetje hulp van Elly en Rikkert, die er bij hem al aardig in weten te stoppen. Gelukkig voor mij heeft deze zoon (nog steeds) geen waaromfase en wordt mijn uitleg gelijk geaccepteerd. 's Avonds aan tafel wordt het verhaal nogmaals herhaalt en maakt de vader van het jongetje waar ik enige bijval van had verwacht de situatie nog nodeloos ingewikkelder, door te stellen dat bidden toch ook een meditatief moment kan zijn. Bedankt schat, hoe moet ik nu ooit mijn zoon opvoeden als jij alles nog gecompliceerder maakt. Maar hij steekt niet alleen veel op van dit naamloze vriendje, ook Fiona die een paar huizen verderop woont en 2! oudere broers heeft, is niet te beroerd om de woordenschat van Arjen uit te breiden. Opvoedmoment 2 vond afgelopen week plaats. Wederom zit mijn zoon met zijn auto's op het kleed als hij met zichzelf een discussie begint over verliefd zijn. Blijkbaar krijgt hij van zichzelf niet genoeg respons en betrekt mij in zijn hersenspinsels. "Mama, ben jij verliefd?" Dit kan ik aan denk ik nog en antwoord: "Ja, ik ben verliefd." Uiteraard is dat niet voldoende en meneer wil weten op wie dan. Het sociaal wenselijk antwoord is natuurlijk: op papa. Maar dat is niet genoeg. "En wie vind je liever mij of Christoph of papa?" Omdat ik te slim ben om mij in deze valstrik te laten lokken stel ik een wedervraag. "En op wie ben jij verliefd?" Hij hoeft er niet lang over na te denken en antwoord: "Op Sam." Ik wilde hier eigenlijk verder helemaal niet op reageren, ik bedoel kinderen zijn op iedereen 'verliefd' die ze aardig vinden, maar Arjen voegt er zelf nog meer informatie aan toe. "Dus ik ben een homo." Nu sta ik voor de tweede keer in korte tijd met mijn oren te klapperen. Ik hoef niet eens om uitleg te vragen, want die komt er gelijk achteraan. Mijn wijsneus doet het mij gelijk even uit de doeken: "Mama, meestal zijn een jongen en een meisje op elkaar verliefd, maar als 2 jongens op elkaar verliefd zijn, noem je dat homo."
Oke dan, daar zat ik dus, dat was een verklaring waar geen speld tussen te krijgen was. Wat kon ik anders dan zeggen dat dat klopte. Leuk hoor de basisschool, daar wordt hem echt de 'basis' bijgebracht die ik thuis nog even niet op het programma had staan. Gelukkig maakt mijn zoon ook nog andere dingen mee, die beter passen in mijn huidige opvoedstrategie (voor zover er uberhaupt sprake van een strategie kan zijn). Afgelopen week heeft mijn zoon de Regenboog versie van de "Gouden Penseel" gewonnen. In het kader van de kinderboekenweek was er op school een wedstrijd wie de mooiste vis van de zee kon maken. Alle kinderen uit alle klassen mochten stemmen en mijn zoon kwam gisterenmiddag trots met een goudgeschilderde kwast uit school. Zijn vis was bij meerderheid door alle kinderen van de school gekozen. Dan ben je toch weer even een trotse moeder. En ik mag niet klagen, ik heb notabene van de week een studiedag gehad over hoe je leerlingen het beste leert om deel te nemen aan de maatschappij en hoe je hen de maatschappij leert kennen, dus ik zou toch moeten weten dat kinderen het meest leren van hun vriendjes en dat juffen en ouders maar bijverschijnselen zijn. Dus eigenlijk gaat het heel goed met mijn zoon. Hij weet nu wat mediteren is en wat homo's zijn, zonder dat ik daar moeilijke gesprekken over heb moeten voeren. De maatschappij komt naar mijn zoon toe. Hij wordt een burger. En hij is pas 4! Stiekem ben ik toch blij dat ik zijn kleine broertje nog vanalles wijs kan maken en dat die nog niet zulke moeilijke vragen kan stellen. Lang leve de peuterfase!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten